Wanneer verduistering

Van verduistering is sprake als u zichzelf een goed dat aan een ander toebehoort toe-eigent, terwijl dat goed niet afkomstig is van een misdrijf. Zou er wel sprake zijn van een misdrijf, dan is er sprake van heling. Voorbeelden van verduistering is het vinden van een portemonnee of telefoon.

Verduistering: wederrechtelijk toe-eigenen

Voor strafbaarheid ingevolge art. 321 Sr is voorts vereist dat de verdachte zich de goederen wederrechtelijk toe-eigent. Van wederrechtelijke toe-eigening is sprake als de verdachte zonder daartoe gerechtigd te zijn als heer en meester beschikt over een aan een ander toebehorend goed (Vgl. HR 24 oktober 1989, ECLI:NL:HR:1989:ZC8253, NJ 1990/256. Zie bijv. ook HR 9 mei 2006, ECLI:NL:HR:2006:AV4091, HR 29 juni 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL9110, NJ 2010/411, HR 7 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:32, HR 8 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:859, NJ 2014/473 en HR 13 januari 2015, ECLI:NL:HR:2015:57). De toe-eigening is wederrechtelijk wanneer de gedragingen van verdachte verder gaan dan is toegestaan krachtens het recht op grond waarvan de dader het goed onder zich heeft (HR 24 februari 1913, NJ 1913, p. 669; NLR 2/321).
Dat kan bijvoorbeeld blijken uit het feit dat iemand het desbetreffende voorwerp probeert te verkopen of voor zichzelf wil behouden en aldus zich als eigenaar gedraagt (Vgl. HR 18 december 2012, ECLI:NL:HR:BY5436 en HR 13 september 2005, ECLI:NL:HR:2005:AT8306.).
Het zuiver negatieve nalaten van moeite om iets aan de eigenaar terug te geven is, zelfs niet als overeengekomen is dat dit zonder aanmaning zal geschieden, geen toe-eigening in de hier bedoelde betekenis. Maar wanneer daar nog iets bij komt, zoals niet nagekomen beloften na pogingen van de rechthebbende weer de beschikking te krijgen over de zaak die de ander onder zich heeft, kan het anders komen te liggen (vlg. bijv. HR 7 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:32.).
De enkele omstandigheid dat de verdachte een gehuurd/geleased of geleend goed niet heeft teruggebracht of de verschuldigde geldsommen niet heeft betaald (en niet heeft gereageerd op aanmaningen daartoe), is evenwel niet voldoende voor het bewijs van wederrechtelijke toe-eigening (Vgl. HR 23 januari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ3888, NJ 2007/84, HR 24 maart 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH5189, HR 13 januari 2015, ECLI:NL:HR:2015:57 en HR 30 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1771).

Artikel 321 Sr impliceert opzet op de wederrechtelijkheid van de toe-eigening. Bewezen moet worden verklaard dat cliënt opzet had - al dan niet in voorwaardelijk zin - op het wederrechtelijke van zijn gedraging.

Verduistering in dienstbetrekking

Wanneer een goed door een medewerker van een winkel of bedrijf wordt gestolen, levert dit verduistering in dienstbetrekking op.

> Meer informatie verduistering in dienstbetrekking

Toebehoren bij verduistering

> Meer informatie toebehoren bij verduistering

Geen verduistering

Voorbeelden van zaken waarbij geen verduistering is vastgesteld:

  • Het na afloop van de leaseovereenkomst niet teruggeven van de auto (HR 30 juni 2015, ECLI:NL:HR:2015:1771), zolang niet wordt vastgesteld dat de verdachte daarna ook gebruik heeft gemaakt van de auto.
  • het na 1,5 uur niet terugbrengen van een fiets na een proefrit (HR 13 januari 2015, ECLI:NL:HR:2015:57); Nu die bewijsmiddelen niet inhouden dat was afgesproken dat verdachte de fiets binnen een bepaalde tijd terug zou brengen, of dat verdachte de fiets heeft geprobeerd te verkopen of voor zichzelf wilde behouden, noch overigens iets inhouden waaruit kan volgen dat de verdachte zich als eigenaar van de fiets heeft gedragen, kan daaruit niet worden afgeleid dat verdachte als heer en meester over de fiets heeft beschikt.
  • het niet betalen voor een geleverde auto ( Hoge Raad, 16 april 2013, LJN: BX5138)
  • veiligstellen tractor voor buurman, maar vergeten mededeling te doen (HR 9 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2647)
  • het 5 of 6 dagen onder je houden van een op straat gevonden identiteitsbewijs (HR 29 september 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ2723)
  • niet leveren na betaling (LJN: BV8283, Hoge Raad, 2 oktober 2012)

Wel verduistering

Voorbeelden van zaken waarbij wel verduistering is aangenomen:

  • het te koop aanbieden van gevonden, bijna zo goed als nieuwe, kinderzitjes (HR 3 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:201).
  • niet terugbetalen van een lening, ondanks toezegging (HR 7 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:32)
    N.B. zonder toezegging is het geen verduistering, zie conclusie A-G (ECLI:NL:PHR:2013:2196)
  • het niet binnen de afgesproken tijd terug brengen van een geleende zaag en bovendien getracht de zaag aan een derde te verkopen (HR 18 december 2012, ECLI:NL:HR:BY5436.)
  • wanneer de verdachte een gevonden identiteitspas en kentekenbewijs enige maanden onder zich houdt (Hoge Raad, 29 juni 2010, LJN: BL9110)
  • geld gebruiken voor ander doel dan het gegeven was (Hoge Raad, 5 april 2011, LJN: BP4638)

Res nullius of res derelicta

Een veroordeling voor verduistering verlangt dat het opzet van verdachte gericht was op de wederrechtelijke toe-eigening van een goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort en dat de verdachte dat goed anders dan door misdrijf onder zich had. Een res nullius of res derelicta kan door inbezitneming worden verkregen. Als een verdachte ten onrechte denkt met een res derelicta of res nullius te maken te hebben, zal hij zich door inbezitneming en het vervolgens te koop aanbieden niet schuldig maken aan verduistering, omdat zijn opzet zich dan niet (voorwaardelijk) uitstrekte tot de wederrechtelijkheid van de toe-eigening. Een veroordeling voor verduistering verlangt in zo een geval minstens de vaststelling dat de verdachte zich welbewust heeft blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat de goederen die hij heeft aangetroffen niet waren prijsgegeven.

> Meer informatie res nullius

Verduistering of diefstal

Soms is het lastig wat nu precies het verschil is tussen diefstal en verduistering. Vooral bij tanken zonder te betalen, komen we zaken tegen waarbij die scheidslijn moeilijk is vast te stellen. De Hoge Raad heeft in HR 20 maart 2018,  ECLI:NL:HR:2018:367 in een standaardarrest het verschil proberen te verduidelijken.

In geval van verduistering heeft iemand een goed anders dan door misdrijf onder zich. Ook daarin onderscheidt verduistering zich van diefstal (en van oplichting). Diefstal wordt gepleegd door het wegnemen van het goed om het zichzelf toe te eigenen, terwijl bij verduistering de strafbare handeling is gelegen in het zich toe-eigenen zelf, nadat de dader anders dan door misdrijf de beschikking heeft gekregen over het goed.

> Meer informatie verschil verduistering en diefstal

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden